zaterdag 31 juli 2010

Vallen en opstaan


Met vallen en opstaan trekt Maria-Louisa zich langzaam terug uit haar kleine kring. De langebrugstraat-bewoners zien ze nog zelden buiten komen. Maria Louisa zit uren lang aan tafel, tas koffie, koekjestrommel en tv op volume 8. Mémé Mietje is doof geworden. Zelfs zacht daglicht dimt ze met haar zonnebril. Haar leven wordt enkel onderbroken door bezoek van zoon en dochter, postbode en poetsvrouw, kleinkinderen en een verre nicht of kozijn. De huisarts vertrouwt ze één keer in de maand. Niet méér. Geen pillen of spuiten voor haar. Liever elke dag fruit, verse soep, zelfgeperst citroensap en boerenboter. We weten nog altijd niet of ze haar medicatie innam of ze ze toevertrouwde aan het watercloset?

Die zondag valt ze ( voor de zoveelste keer ) pijnlijk en blijft ze liggen, haar dunne benen onder de zetel. Al vlug blijkt dat ze deze keer haar wil niet kan doorzetten en ze belandt tegen haar zin in een witte ziekenhuiskamer. Diagnose: gebroken ribben, geperforeerde long en gebroken sleutelbeen.
Alles geneest. Ze had niet veel pijn beweert ze. Sterke Miet toch.

En toch weent ze bijna elke dag en wil ze " van de wereld ".... maar je gaat niet dood wanneer je wilt hé , probeert ze zichzelf te sussen. Ondertussen snoept ze wel 10 zachte gommetjes na elkaar en vraagt ze of we nog koffie willen. Koffie vult haar leven en onze tassen. Zonder koffie verlaat je haar huis nooit. En dozen vol koeken en chocola, terwijl villa politica of Derrick de muren doet trillen. Met vallen en opstaan.

In het ziekenhuis worden lijsten en tabellen ingevuld. Er wordt besloten om het broze sterke Mietje even mee te nemen naar de langebrugstraat. Daar mag ze demonstreren hoe het zit met het zichzelf beredderen op die leeftijd. Pen en papier schrijft: "onvoldoende". Ze krijgt zelfs geen tweede zit. Ze mag gaan " herstellen " aan zee om vervolgens naar een voorlopig kortverblijf te verhuizen. Wat er daarna zal volgen kan geen kat vertellen.

We zitten met onze handen in het haar en vrezen dat mémé Mietje een dikke trotter nodig zal hebben. De wachtlijsten voor bejaarden- paradijzen zijn overvol. Er zijn nog zooovéél maria-louisaatjes van in de tachtig en de negentig. Maar ondertussen kan Mémé Mietje niet meer naar huis en wil ze ook niet meer terug.

En dan plots. Een ontmoeting met de juiste personen op het juiste moment.

Mémé Mietje mag naar " le Manoir fleuri ". Ik vergeet nooit die zin aan de telefoon: " hier gaat urgentie boven wachtlijsten en scores "

Maandag mag ze erheen! Om de spanning er nog wat in te houden kruipt mevrouw Desloovere nog éénmaal alleen uit bed en klautert ze ongelukkig door de spijlen. Ze slaagt hierin, slank en lenig als ze is ( lees: koppig en eigenwijs ) . Met als gevolg: heup gebarsten, boutje erin. ( en het MOET via een operatieve ingreep )

Opnieuw geneest ze vlot. Maar er is iets gebeurd in haar hoofd. De verdoving duwt haar met geweld in een volgend level.

Maria-Louisa verlaat hopelijk volgende week het ziekenhuis en zal haar laatste levenshoofdstuk slijten in " le manoir fleuri " te Rekkem...

3 opmerkingen:

  1. Rekkem is niet ver. Rekkem is enkel te ver als je niet meer weet waar de zee ligt. En er zijn er zoveel die weten waar de zee zijn golven baart. Zelfs al hoor je ons niet, gun ons je glimlach boven je zonnebril. We komen om je te zien, zo graag te zien.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Jaren heeft ze het straatbeeld van de Langebrugstraat en de Kring gekleurd... We zullen haar aldaar missen. We wensen haar veel succes in haar nieuwe omgeving!
    Lucas.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. mémé memietje, tantetinneke, ik vind dit heeeel mooi, en kranig als ze is, zal hier ook nog een nieuw avontuur te wachten staan!! tis niet het laatste, tis een begin. dikke kussen !! eefje

    BeantwoordenVerwijderen